Rob Stroeks, NOST Tokyo
Origineel gepubliceerd op de site van Agentschap.nl
Samenvatting
Japan investeert veel in grote onderzoeksfaciliteiten zoals de deeltjesversneller B-Factory en de Subaru telescoop. Om deze faciliteiten toegankelijk te maken voor de beste onderzoekers, promoot de overheid samenwerking tussen universiteiten en kennisinstituten. Om lange-termijn visie en financiering van deze veelal dure faciliteiten te waarborgen, zijn in 2004 vier Inter-University Research Institute Corporations opgericht die de belangen van de vele betrokken onderzoeksgroepen behartigen en het onderzoeksveld als geheel promoot.
Op dit moment zijn resultaten beschikbaar van een vergaande evaluatie van 46 grootschalige onderzoeksprojecten onder de vier Corporations. De Council for Science en Technology van het ministerie van onderwijs en wetenschap (MEXT) heeft deze resultaten in de “Roadmap 2012“ verwerkt. Hierin formuleert de Council een lange termijn visie voor de projecten, en legt het een basis voor stabiele en duurzame financiering. Daarbij wordt ook de private sector uitgenodigd om deel te nemen in gezamenlijke onderzoeksprojecten.
Gedeelde onderzoeksfaciliteiten
Het systeem om grote onderzoeksfaciliteiten te delen startte in 1953. In dat jaar richtte de toenmalige Science Council van Japan het Institute for Cosmic Ray Research op binnen de University of Tokyo en daarnaast het Yukawa Institute for Theoretical Physics binnen Kyoto University.
Sindsdien zijn op meerdere onderzoeksgebieden gezamenlijke instituten opgericht en onderzoeksfaciliteiten gebouwd. Speciaal voor onderzoeksgebieden die grote faciliteiten nodig hadden was dit het geval. Doelstelling was om de beste onderzoekers van het land te voorzien met overheidssteun, en om sterke lokale onderzoekskernen te creëren. Er kwamen commissies bestaande uit een landelijke geselecteerde groep onderzoekers. Zij moesten de samenwerking waarborgen op basis van trends en individuele wensen van de onderzoekers.
Een grote omwenteling kwam in 2004. In het vergrijzende Japan liep het studentenaanbod terug. Als reactie pasten de honderden private universiteiten met succes hun wervingscampagnes aan. Dit ging ten koste van de concurrentiepositie van de veelal tragere nationale universiteiten. In diezelfde tijd ontstond er politieke druk om universitaire onderzoeksresultaten duidelijker te laten bijdragen aan maatschappelijke issues. Alle (ongeveer honderd) nationale universiteiten kregen 2004 een nieuwe status als ‘National University Corporation’. Met deze verzelfstandiging werden ze aangespoord om beter hun identiteit te profileren, de onderzoeks- en onderwijsomgeving te herstructureren, en verder in te zetten op hun eigen sterke onderzoeksgebieden. Na verschillende reorganisaties zijn er op dit moment 86 universiteiten met de status ‘National University Corporation’.
Inter-University Research Institute Corporations
Als gevolg van deze verzelfstandiging, toegenomen individualiteit en competitie werd het minder evident dat universiteiten grote faciliteiten zouden gaan delen. Om de samenwerking en de daaruit volgende belangrijke onderzoeksresultaten te waarborgen, zijn daarom tegelijkertijd in 2004 vier Inter-University Research Institute Corporations opgericht. Deze bundelen de vele commissies en netwerken tussen de instituten en faciliteiten, verzorgen onderlinge samenwerking en delen het gebruik van de veelal grote onderzoeksfaciliteiten. Ze kregen de opdracht mee om niet alleen de gezamenlijkheid te promoten en faciliteren. Ze moesten er omgekeerd ook zorg voor dragen dat de samenwerking juist de afzonderlijke universiteiten versterkt, zowel in onderzoek als in onderwijs. Want zonder een goede balans tussen afzonderlijke en gemeenschappelijke ambities komt ofwel de kwaliteit van het onderzoeksgebied in gevaar, of wordt de positie van de nationale universiteiten ondermijnd.
Er zijn op dit moment 4 Inter-University Research Institute Corporations. Onderdeel van hun taak is ‘Joint use and joint research: Serving as centers for different academic disciplines to provide research opportunities for researchers across the country while responding to the ideas and opinions from researcher communities’. In Japanse documentatie van MEXT staan de volgende ‘principes’:
- Een Inter-University Research Institute Corporation behoort niet tot een bepaalde universiteit. Ze zijn dan ook niet gevestigd binnen een universiteit, maar zijn afzonderlijke organisaties.
- Ze dragen zorg dat onderzoekers uit het hele land toegang hebben tot (gebruik van) grote onderzoeksfaciliteiten en grootschalige databases en netwerken waarin afzonderlijke universiteiten niet in kunnen voorzien.
- Ze zijn opgezet door een herinrichting (bijvoorbeeld samenvoeging) van bestaande onderzoekscentra van nationale universiteiten, op basis van een duidelijke wens van de wetenschappelijke gemeenschap op het betreffende onderzoeksgebied.
Evaluatie nieuwe stijl
De Council for Science and Technology van MEXT (Ministry of Education, Culture, Sports, Science and Technology *1) rapporteert in zijn ‘Roadmap 2012’ (*2) voor grote onderzoeksfaciliteiten van mei 2012 over het belang van grote faciliteiten als de B-Factory, de Subaru Telescoop, de Super-Kamiokande en de LHD voor kernfusieonderzoek. Deze faciliteiten hebben, aldus de Council, niet alleen bijgedragen aan de wetenschap, maar ook de interesse van burgers (met name de jonge generatie) in wetenschap verhoogt. Ondanks de hoge kosten van deze faciliteiten en de toenemende druk op overheidsbudgetten, pleit de Council er dan ook voor om deze faciliteiten te continueren, om zo de duurzaamheid van Japan en zijn bijdrage aan wereldwijde issues te waarborgen. De Roadmap 2012 legt een lange termijn visie neer voor de projecten, en vormt de basis voor stabiele en duurzame financiering ervan. De Roadmap 2012 bouwt daarmee voort op de Roadmap 2010, waarin de Council een Masterplan voor grote onderzoeksfaciliteiten formuleerde.
Als onderdeel van deze Roadmap heeft de Council nu 46 projecten (*3) diepgaand geëvalueerd. Opvallend daarbij zijn nieuwe criteria: in aanvulling op de bestaande criteria 1) eensgezindheid van de onderzoekers, 2) planning, 3) methode van het gezamenlijk gebruik en 4) uitvoerbaarheid, zijn in 2012 toegevoegd 5) urgentie, 6) strategie en 7) acceptatie door maatschappij en bevolking. De projecten kregen twee beoordelingen, een voor de oude en een voor de nieuwe groep criteria: van ‘a’ naar ‘c’ waarbij a de hoogste beoordeling weergeeft. Van de 46 projecten zijn er 18 met grote onderzoeksfaciliteiten, daarvan kregen 11 projecten voor de oude criteria een ‘a’, 6 een ‘b’ en 1 een ‘c’. Voor de nieuwe criteria kregen 2 projecten een ‘a’, 5 een ‘b’ en 11 een ‘c’.
Transparante dialoog
Deze nieuwe aanpak moet leiden tot een transparantere dialoog met publiek en belanghebbenden over financiering en gebruik van grote onderzoeksfaciliteiten. MEXT ziet daarbij graag dat instituten internationale samenwerking of private investeringen aantrekken. Dat laatste is echter niet eenvoudig voor MEXT, omdat de banden met de industrie onderhouden worden door het ministerie van economische zaken en industrie (METI). MEXT kijkt daarom vooral naar de ervaring en hoeveelheid kennis die bij de instituten aanwezig is, hoe zelfstandig ze zijn en wat hun doorzettingsvermogen op de lange termijn is. Instituten die de regie weten te houden over welk deel van het geld voor intern onderzoek is en welk deel gaat naar externe partijen (industrie) voor de ontwikkeling van bepaalde apparatuur krijgen een positieve waardering. De Inter-University Research Institute Corporations benaderen de industrie wel steeds actiever. Twee voorbeelden:
- In de mid-term planning 2010-2016 (* 4) van National Institutes of Natural Sciences (NINS) staat bijvoorbeeld dat er ‘openbare oproepen’ komen voor gezamenlijke onderzoeksprojecten met de industrie en opdrachten van derden.
- In het evaluatierapport (*5) dat de Council in september 2012 uitgaf over het TMT (Thirty Meter Telescope) project, een van de bovengenoemde 18 geëvalueerde projecten met grote onderzoeksfaciliteit, staat bij criterium 6 (Strategie) en bij de algemene beschouwing dat de samenwerking met de industrie belangrijk is bij het ontwikkelen van onderdelen van de telescoop, en ook dat het Japan als leider op dit gebied op de kaart zet. Het project kreeg overigens een ‘a’ beoordeling voor zowel de oude als nieuwe criteria. Japan is onderdeel van een internationaal consortium samen met de VS, Canada, India en China. Japan draagt 25% van de kosten, dat komt neer op 350 miljoen euro van het totaal van 1,5 miljard euro constructiekosten (bedragen voor periode 2014-2021).
Hieronder een beschrijving van de functies van de vier Inter-University Research Institute Corporations:
- National Institutes of Natural Sciences (NINS)
website: www.nins.jp/english/index.html
brochure: http://www.nins.jp/public_information/pdf/pamphlet2012e.pdf
National Institutes of Natural Sciences is one of four inter-university research institute corporations that were reorganized as a result of incorporation as independent administrative entities in April 2004. Five research institutions, National Astronomical Observatory of Japan (Mitaka City, Tokyo and other locations), National Institute for Fusion Science (Toki City, Gifu), National Institute for Basic Biology (Okazaki City, Aichi), National Institute for Physiological Sciences (Okazaki City, Aichi) and Institute for Molecular Science (Okazaki City, Aichi), cooperate with each other and aspire for the promotion of research in natural science in the fields of astronomy, material science, energy science, bioscience, etc.
- High Energy Accelerator Research Organization (KEK)
website: http://legacy.kek.jp/intra-e/
jaarrapport: http://ccdb5fs.kek.jp/tiff/2011/1122/1122001.pdf
KEK, the High Energy Accelerator Research Organization, is one of the world’s leading accelerator science research laboratories, using high-energy particle beams and synchrotron light sources to probe the fundamental properties of matter. With state-of-the-art infrastructure, KEK is advancing our understanding of the universe that surrounds us, its mechanisms and their control. Our mission is:
- • To make discoveries that address the most compelling questions in a wide range of fields, including particle physics, nuclear physics, materials science, and life science. We at KEK strive to make the most effective use of the funds entrusted by Japanese citizens for the benefit of all, by adding to knowledge and improving the technology that protects the environment and serves the economy, academia, and public health; and
- • To act as an Inter-University Research Institute Corporation, a center of excellence that promotes academic research by fulfilling the needs of researchers in universities across the country and by cooperating extensively with researchers abroad; and
- • To promote national and international collaborative research activities by providing advanced research facilities and opportunities. KEK is committed to be in the forefront of accelerator science in Asia-Oceania, and to cooperate closely with other institutions, especially with Asian laboratories.
- Research Organization of Information and Systems (ROIS)
website: www.rois.ac.jp/english/index.html
brochure: www.rois.ac.jp/pdf/youran_2011e.pdf
Conducting research that crosses the borders of traditional disciplines is becoming essential to solve important issues in the fields of life, environmental and information sciences that greatly impact our lives in the 21st century.
The Research Organization of Information and Systems (ROIS) is a parent organization of four national institutes (the National Institute of Polar Research, the National Institute of Informatics, the Institute of Statistical Mathematics and the National Institute of Genetics) and two centers (the Transdisciplinary Research Integration Center and the Database Center for Life Science). It is our mission to promote integrated, cutting-edge research that goes beyond the barriers of these institutions, in addition to facilitating their research activities, as members of inter-university research institutes.
The coordination of these institutions, facilitated by ROIS, will contribute to opening new areas of research and performing integrated transdisciplinary research. This framework will allow a holistic approach to the complex issues of life, earth, environmental and social sciences, including the generation of large scale and heterogeneous data from observations, measurements and experiments, knowledge extraction from these data, discovery of scientific truths, technological advancements in database construction and implementation. We will also widely share with the community, the outcomes, resources and research platforms necessary for new frontiers of research.
Informatics methodologies utilized to elucidate complex systems, research and development related to advanced usage of databases and networks, in addition to operation of databases and networks will also enable us to serve as an information platform that will support rapid and effective development of research both in and out of Japan.
- National Institutes for the Humanities (NIHU)
website: www.nihu.jp/e/index.html
guidebook: www.nihu.jp/e/about/pdf/guidebook/2011.pdf
Hier gaat het meer om uitwisseling van gegevens en onderzoekers, minder om gebruik van grote faciliteiten. Faciliteiten zijn beperkt tot landelijke databases en specifieke faciliteiten voor restauratie en opslag van bijvoorbeeld cultureel erfgoed.
Bronnen
1) MEXT: www.mext.go.jp/english/
2) Roadmap 2012 (Japans):
www.mext.go.jp/b_menu/shingi/gijyutu/gijyutu4/toushin/1321812.htm
3) Dat zijn 43 bestaande projecten beschreven in de vorige “Roadmap 2010”, plus 10 nieuwe projecten, plus 5 spin-offs van bestaande projecten, minus 12 geschrapte of beëindigde projecten.
4) Mid-term planning 2010-2016 van National Institutes of Natural Sciences (NINS): www.nins.jp/pdf/t_keikaku_II.pdf (Japans)
5) MEXT Evaluatierapport van TMT project, 24 september 2012:
http://www.mext.go.jp/b_menu/shingi/gijyutu/gijyutu4/toushin/1327231.htm (Japans)